|
naa bijw 1. Nu, op dit ogenblik. Tot naa toe ës em iëjl braaf gewëst. = Tot nu toe is hij heel braaf geweest. Naa èn dèn kunde wël braaf zen. Veüral as g'iet nooëdeg ët! = Soms ben je wel gehoorzaam. Vooral als je iets verwacht! Me moeten èt wèrreke, mââ naa èn dèn sloïjte me de zââk èn gââ me e pintsje drinke bij Rooza. = We moeten hard werken, maar af en toe gaat de zaak dicht en gaan we een glaasje drinken bij Roza.
bijv nw, tvgl: naa - naaver - naast / neüst 2. Nauw, eng, smal. A ge van da vraamëns iet moet krijge, dèn ës't persies of da[d] et oïjt e naa gat moet komme. = Als je van die vrouw iets moet krijgen, dan lijkt het altijd of ze te gierig is om het te geven.
nââgeltsjeszâât zn (-), =verklw, mv: - 1. Letterlijk: zaad om nagels of spijkers mee te zaaien. Wordt in de figuurlijke zin gebruikt om een goedschiks of domme persoon bij de neus te nemen. Naa waa'k ës zien oe vèèr da'k em kost krijge,¨èn 'k ëm em oem ne kiloo nââgeltsjeszâât gestuurd bij De Mooër oep de mèt. Èn e[j] ës er toch oem zeeker! = Ik wou eens testen tot hoever ik zou kunnen gaan, en heb hem om een kilo nââgeltsjeszâât gestuurd bij De Moor (ijzerwaren) op de Markt. En hij is prompt vertrokken om die boodschap te halen!
nââvenant / neïjvenant bijw 1. Naargelang, in overeenkomst, naar verhouding, afhankelijk. [>Fr. à l'avenant] [Ndl. volkstaal: navenant] Oe voeld aa? - Nââvenant de sittewââsse: goe! = Hoe voel je je? - Naargelang de toestand: goed! Nââvenant da Mèrrie van vèèr gekomme[n] ës më[j] eur aksident, leüpt die naa toch wee flink rond! = Naargelang de slechte toestand van Marie als gevolg van het ongeval dat ze had, stapt ze nu toch weer flink! Neïjvenant oe da'ge dââ[r] eene gââ, zèdde'r oep ooëgstes twiëj uure. = Afhankelijk van hoe je er naartoe gaat, doe je er hoogstens twee uur over. Oepse nââvenant = zoals het gezien de omstandigheden mogelijk is, naar best vermogen.
nachtbrââker zn (ne), mv: nachtbrââkers - verklw: nachtbrââkerke (e) 1. Iemand die graag en lang uitgaat, nachtraaf, fuifnummer. Zëgt naa ni da gij bij die ploeg van nachtbrââkers zè! Zèdde gij dèn 's meündochs oïjtgerust? = Zeg me nu niet dat jij bij die bende fuifnummers bent! Ben je dan op maandagmorgen echt uitgeslapen?
|
Laatste wijziging | 23-06-2008 - Toevoegen afbeeldingen 23-02-2007 - Omzetting naar nieuwe stijl |