november 1973
Leopold De Vleeshouwer - oftewel Pol Pasoep, zoals
hij in de volksmond genoemd werd - werd op 24 november 1873 te Willebroek
geboren. Hij stierf er op 101-jarige leeftijd op 28 januari 1975.
Hij werd een goed jaar voordien op een grootse
manier gevierd en gehuldigd. Burgemeester Jan Van Winghe overhandigde
hem te deze gelegenheid, in naam van de ganse bevolking, een in
een omslag gesloten gift, die hij vergezelde van een spraakwaterval
vol gulle wensen.
Pol De Vleeshouwer kreeg de naam "Pasoep"
door toedoen van zijn grootvader. Die was - aldus Pol - nog "kommisjonair"
bij een notaris geweest. Toen die commissionair op een keer een
boodschap deed, kwam de notaris mee naar buiten. "Opegepast
he! Pasoep he! Dat ge't goed doet!" zei die man. Een viertal
vrienden die naar het werk trokken, hadden dat gehoor. De mannen
riepen telkens wanneer zij grootvader De Vleeshouwer zagen: "Pasoep,
he! Pasoep zulle!", en het is Pasoep gebleven.
Pol werd - toen hij 13 jaar was - bij een
metsersbaas tewerkgesteld. Hij verdiende er 13 centiemen per
uur, al vervoegde hij zich vlug bij de schare die drukdoende was
bij De Naeyer. Over die tijd - toen het "papiermaken"
de nodige "courage" vergde - vertelde Pol me met smaak.
Hij was er trouwens niet zomaar de eerste de best, vermits hij 40 jaar
lang "conducteur" is geweest.
Hij woonde tijdens de jaren waarin hij bij De
Naeyer werkte in een huizeke van zijn baas, die hij had gekend.
Op een keer vertelde Pol, hadden enkele jonge
gasten van zijn ouderdom met de duiven een vette prijs weten te
winnen. Dat werd meteen de gelegenheid om vlak voor één van die
huizekes, naast het boerderijtje van Dries van Amelie van Bettekens
een vaatje bier af te steken. Toen het gezelschap goed en wel aan
de drank was, arriveerde Louis De Naeyer zelf.
"Wat is dat hier met jullie?" vroeg
hij boos.
"Wij hebben een vaatje bier gekregen van
de duivenmelkers, die verleden zondag een goeie prijs hebben gewonnen,"
antwoordde iemand uit het gezelschap.
"Voilà!" zei de baas en hij trapte het
vaatje lukraak de gracht in. De dag nadien kregen ze met zijn allen
twee frank boete, want wie had gedronken kon in die tijd onmogelijk
op volle kracht zijn dagtaak verrichten.
Pol De Vleeshouwer werd 100 zonder het zelf te
weten. Als het een goed was, had hij veel smaak.
"Patatten met stoempkarbonade" was zijn
lievelingskost.
Pol stierf in "Berkenhof", waar hij
gedurende de laatste jaren van zijn lange leven nog zeer gelukkige
momentan had meegemaakt.
Bron: "Kent u ze nog... de Willebroekenaars?"
(Karel De Decker, Edit. Europese Bibliotheek - Zaltbommel, NL, 1977)
|