Behoort tot de oudste straten van de vroegere
gemeente Willebroek.
Het tracé van de heerweg van Asse naar Londerzeel
zou volgens Van Dessel (Bulletin des Commissions royales d'art et
d'archéologie, 1877), via Ramsdonk en de Breendonkstraat naar Willebroek
en Heindonk zijn gegaan, om uiteindelijk te Rumst de Rupel te overschrijden
(zie Beekstraat).
In het "Landtboek van Puderse" (1665) lezen we
dat Breendonk een groot gehucht is van Puurs, gelegen "... op de
zuydoostsyde van de Prochie, die Bosche- ende hey-achtig is".
J. Verbesselt (Parochiewezen in Brabant, deel
IX, 1969) noemt de oude Breendonkstraat of Meerweg, de grensweg
tussen de dorpen vanaf Grimbergen tot Ruisbroek, vooral bekend als
verbindingsweg van het Land van Grimbergen met de overgang van de
Rupel aan het Hellegat. Hij zegt verder dat de Breendonkstraat,
die ook de grensstraat tussen Willebroek en Tisselt was, dwars door
de uitgestrekte heide liep.
Langs deze weg vinden we ook de drie voornaamste
kernen van Breendonk (dat van 1836 tot 1976 zelfstandig was), namelijk
het later Spaans Kasteel met de Keukenhoeve, Breendonk-centrum en
de Meerhoeve.
Volgens de "Rangschikking der wegen van de gemeynte
Willebroeck" (27 maart 1821) behoorde de Breendonkstraat tot de
straten van tweede klasse, die normaal 6 ellen breed dienden te
zijn.
Ze begon "... in de Dendermondschestraat en eyndigt
aan de heiligt van de Veldbaen aen het huys van Carolus Verbruggen,
scheydende Willebroeck van Thisselt., de heiligt westwaerts is aan
Puers en d'andere heiligt is aen Willebroeck".
De Breendonkstraat zou volgens A. Wauters in "Histoire
des environs de Bruxelles" voorheen Palingstraat geheten hebben,
misschien wel als sluitstuk tussen de Willebroekse en de Puurse
Palingstraat.
Op andere kaarten, onder meer op de verzamelkaart
van het kadaster (1819) zien we de straat als "Weg van Londerzeel
naar Willebroek" vermeld (Staf Vivijs, in Brede Dunc, 1981).
De Breendonkstraat - die tot voor de fusie grensstraat
van Breendonk, Tisselt en Willebroek was - was meermaals onderwerp
van discussie, al werd er af en toe aan het baanvak gewerkt.
Cornelis De Cock ontving op 1 januari 1840 4,50
fr voor "... 5 dagen arbeid aen het maeken van de Breendonkstraet"
(GAW 1102). In 1863 werd op het voorstel van Willebroek tot tot
kasseiing van de Breendonkstraat overgegaan.
Het gedeelte op Breendonks grondgebied werd op
2 juni 1863 voor 9250 fr aangenomen en zelfde jaar bijna gans afgewerkt
(Meester Ben Verlinden in Brede Dunc, 1981).
In 1868 noteerden we de tussenkomst van graaf
de Buisseret en A. Verhaghen, burgemeester van Mechelen, over de
Breendonkstraat, tijdens de zittingen van de Bestendige Deputatie
van de Provincie Antwerpen.
Op 20 februari 1870 ontving Mr. Baggerman uit
Willebroek 8351,23 fr als "... eerste betaling voor het leggen van
den steenweg in de Breendonckstraet" en op 31 juli 1871 was het
de gemeenteraad van Willebroek die Breendonk aanporde "...om zijn
verplichtingen i.v.m. de steenweg van Willebroek naar Londerzeel
te voldoen".
Het College van burgemeester en schepenen van
Tisselt besloot in zitting van 15 mei 1933 om tot de vernieuwing
van de Breendonkstraat over te gaan, mits financiering door Breendonk
en Tisselt.
In 1937 werd de Breendonkstraat, met de hulp van
Tisselt, en in 1938 met deze van Willebroek heraangepast, waarna
we uiteindelijk op aandringen van het gemeentebestuur van Willebroek,
door toedoen van het provinciebestuur, in 1982 de totale hernieuwing
van de Breendonkstraat kregen.
De Breendonkstraat begint ter hoogte van de Kapellenboslaan
en eindigt aan Rijksweg 1 bis.
Het leven van haar bewoners wordt door Eugeen
Adriaensens op een verhelderende manier in "Bakkeske" (1979) beschreven.
Bron: "Geschiedenis van de Willebroekse straatnamen",
samengesteld door Karel De Decker en uitgegeven door CSC Vormingswerk
Willebroek in 1989.
|